Het eiland
Giraf, Krook, Zebra en Olifant wonen samen op het eiland van Giraf. Het is er heerlijk: er zijn bergen, fruitbomen, klaverweides, zonnebloemvelden, paden om op te fietsen en te spelen, meertjes om dammen in te bouwen en om het eiland natuurlijk de heerlijke blauwe oceaan. Krook gaat er graag vissen of in zijn bootje op ronddobberen. In de boeken van Giraf is het eiland altijd twee keer te zien, op de schutbladen.Voorin zie je wat iedereen doet voordat het verhaal begint. Aan het eind zie je hoe het verder gaat nadat het verhaal is afgelopen.
Wie woont waar?
Giraf woont in het midden van het eiland. Hij woont in een mooie rood met witte vuurtoren. Dat is natuurlijk heel fijn, zo’n lang huis, met zo’n lange nek. De vuurtoren van Giraf is ook heel handig, want als het donker is dan schijnt het licht van de vuurtoren over het hele eiland (kijk maar op de laatste bladzijde, het schutblad van het eiland). Krook woont bij het water, dat is natuurlijk heerlijk als je een echt waterbeest bent. Krook heeft een eigen loopplank en kan dan meteen in zijn bootje stappen. Of op zijn surfplank. Zijn huisje is een echt strandhutje, met bladeren op het dak. En boven de deur een klein krooktekeningetje, zodat je precies weet waar hij woont. Zebra woon in de boom. Echt waar! Ze heeft een boomhut als huis. Logisch natuurlijk, Zebra is superstoer. Dan is een boomhut heerlijk om in te klimmen en met een grote schommel onder de boom kan Zebra ook nog eens heel hard schommelen. Zebra kan vanuit haar boomhut het hele eiland zien. En als ze jarig is komt iedereen bij haar op bezoek! Olifant heeft een heerlijke boerderij aan de rand van het eiland. Dat vindt hij heel gezellig, want elke morgen maakt Olifant een stevige wandeling door de bergen, die vlak achter zijn boerderijtje liggen. Daar vindt hij mooie stenen, die hij in zijn huis neerlegt. Het huisje van Olifant is gemakkelijk te herkennen aan het blauwe dak. Net zo blauw als zijn blauwe laarsjes.
Wist je dat?